www.boswachtersblog.nl/ BuitenPlaatsen

Lente in Limburg

16 mei 2012 Kunsthistoricus Marcel van Ool in BuitenPlaatsen

Dat allitereert lekker zo’n titel. En het ís ook lente en ik bén ook in limburg. Maar eigenlijk wil ik het over de kaardebol hebben. Die zie ik hier gelukkig volop, vooral in de graaf, dat is Limburgs voor berm (of talud of greppel).
Ik wandel tussen Spaubeek en Klein Genhout. Iets te voortvarend laat hi België me weten wat mobiel bellen in Vlaanderen kost. Helemaal vreemd is dat niet. De zwarte silhouetten tegen de horizon zijn immers de afvalbergen van de Belgische steenkolenmijnen. Zó dichtbij de grens ben ik.
Dit is een landschap van sterke contrasten. Aan de ene kant de laatste sterappelwei van de streek, aan de andere kant het immense chemiecomplex van DSM.

Maar de kaardebol dus, specifiek de wilde of grote kaardebol. Wat een plant is dat! Praktisch alles eraan lijkt door een fantasy schrijver bedacht. Kennis van de Dipsacus fullonum, zoals hij in het Latijn heet, hoort thuis in de colleges van professor Sprout op Hogwarts.

Lang voor dat hij bloeit is hij al spectaculair vanwege zijn bladeren. Die hebben onder hun middennerf een vervaarlijke kartelrand en ze staan zo om de stengel heen dat de bladvoet een kelk vormt. Hierin vangt de plant water op. Ik heb het nog nooit gezien maar vogels komen daar wel eens uit drinken.
Heel raadselachtig: de plant schijnt zelf sappen af te scheiden waardoor insecten die in de bekers terechtkomen verteren. Maar… er is nog nooit aangetoond dat de kaardebol ook voedingsstoffen opneemt uit het zelf gemaakte brouwsel.
Tja, en dan de bloei! Die vindt plaats als de plant volgroeid is en dan kan hij met gemak anderhalve meter groot zijn. De kleine bloemetjes op de bol verschijnen eerst in het midden en dan bloeit hij in ringen tegelijkertijd naar beneden en naar boven. Voor bijen en hommels is de kaardebol onweerstaanbaar.
Eenmaal uitgebloeid wordt de plant bruin en verdroogt hij. De sierlijke skeletten blijven tot volgend voorjaar staan en in de winter strijkt er wel eens een vinkje neer op zoek naar zaden in de bol.Kortom de kaardebol is een belevenis. Ook leuk: met een beetje goeie grond in een pot kun je ‘m zo thuis opkweken.

O ja, de kaardebol werd nooit gebruikt om wol te kaarden. Maar wel voor ‘het ruwen van gevolde wollenlaken’ (aldus wikipedia, dat niet aangeeft wat ik me daar bij moet voorstellen).
Vollen is een vorm van vilten. In de middeleeuwse wolindustie werden geweven wollen doeken in bakken gedaan gevuld met water, volaarde (kalkhoudende aarde), rottende urine, ranzige boter en nog wat meer zaken. Daar werd dan urenlang in rondgestampt. (In Limburg werd dit extreem smerige karwei later overgenomen door watermolens die hamers aandreven).
Het resultaat was laken. Om deze stugge stof zachter te maken, werden de wolhaartjes weer wat opgehaald, wat je ruwen noemt. En dát werd met kaardebollen gedaan.

Ik heb weleens gelezen dat daarvoor speciaal gekweekte kaardebollen werden gebruikt. Maar het idee moet toch ingegeven zijn door de wilde plant. Hoe gaaf is dat.

reageren

geef een reactie

  • Louise
    16 mei 2015 om 17:46

    Leuk om te lezen! (én informatief)

  • De kleine wildernis | BuitenPlaatsen
    22 april 2014 om 13:26

    […] de andere kant van het dorp, bovenop de berg (de rand van het plateau van Schimmert) zijn met de sterappelwei? Er staat nog één appelboom. Het is een juweel. Celebrate Earth Day. Every […]

  • Sterappel | BuitenPlaatsen
    20 november 2012 om 14:11

    […] een eerder blog besteedde ik al aandacht aan de laatste wei in Spaubeek (mijn geboortedorp) waarin nog hoogstam […]

i

Mis geen enkel bericht van dit boswachtersblog