Achter de Natuurschuur in Lies is op dit moment een graafmachine bezig met het afgraven van een stukje duin. We laten de bovenste bodemlaag, met daarop vooral grassen, verwijderen om zo een mooi blauw en zeldzaam plantje weer meer ruimte te geven; de klokjesgentiaan.

Klokjesgentianen zijn in Nederland tegenwoordig behoorlijk zeldzaam doordat het aantal natte heidegebieden langzaam af is genomen. In de duinen van Terschelling komt de soort op vier plekken voor, bij Hoorn, Lies en Oosterend. Hij groeit vooral langs de randen van smalle en vochtige paadjes. Zodra de plantengroei te hoog wordt en grassen de overhand krijgen verdwijnt het plantje snel. Achter de Natuurschuur groeit hij ook langs zo’n paadje. Door de randen van het pad intact te laten maar de angrenzende vegetatie af te graven hopen we dat de klokjesgentiaan zich weer beter kan verspreiden. Behalve de klokjesgentiaan groeit hier ook, als enige plek op het eiland, de kleine zonnedauw. Dit is een vleesetend plantje die leeft van kleine insecten die hij vangt met zijn plakkerige blaadjes.