Stuivend zand op de Hors

Vorige week dinsdag sloeg het weer om en een zware voorjaarsstorm was het gevolg. Het water kwam hoog en de strandhuisjes bij paal 9 konden het nog net droog houden. De Hors en de Slufter liepen vol zeewater en het bos was bezaaid met bladeren en afgerukte takken. Een aantal fikse buien maakte een eind aan de voorafgaande warme periode. Excursies werden afgeblazen omdat het onverantwoord voor de broedende vogels was om de reservaten in te gaan

Een voorjaarsstorm over Texel.

Vorige week dinsdag 6 juni sloeg het weer om en een zware voorjaarsstorm was het gevolg. Het water kwam hoog en de strandhuisjes bij paal 9 konden het nog net droog houden. De Hors en de Slufter liepen vol zeewater en het bos was bezaaid met bladeren en afgerukte takken. Een aantal fikse buien maakte een eind aan de voorafgaande warme periode. Excursies werden afgeblazen omdat het onverantwoord voor de broedende vogels was om de reservaten in te gaan

Op de Hors bij paal 8 en bij de monding van de Slufter waren twee kolonies van zo’n 80 en 25 paar dwergsterns. Deze kleine pittige sterntjes met een geel snaveltje broeden op schelpenbanken dicht bij het water, waar ze heel snel visjes uit het water kunnen halen voor de jongen. De storm heeft beide kolonies simpelweg weggevaagd. Misschien dat ze nog een broedpoging wagen en anders volgend jaar maar weer. Het kleine vogeltje leeft behoorlijk lang en ze kunnen een aantal watersnoodrampen aan, zonder dat de soort in gevaar komt.

Broeden in de gevarenzone

De vrijwillige vogelwachters bij de Geul konden vanuit hun eenvoudig onderkomen in de Mokbaai enkele broedende kluten zien. De vogels bleven tijdens het opkomende water net zo lang zitten tot het water de eieren had weggespoeld. Ook de nieuwe kokmeeuwenkolonie in het centrale deel van de Slufter is geheel verdwenen. Van de twee stormmeeuwenkolonies daar was zo’n beetje driekwart verzwolgen door het water.

Toch is niet alles daar kommer en kwel: op verschillende plekken in de Slufter alarmeerden tureluurs en scholeksters . Zij hebben de jongen waarschijnlijk naar hogere stukjes geloodst en hebben zo het hoge water kunnen trotseren. En de 70 eidereendkuikens in de Slufter kunnen het ruwe water goed aan. Wel zijn een daar paar late laaggelegen eiderlegsels verloren gegaan.

De bontbekplevier die in het afgezette deel zuidelijk van de dam broedt heeft het gered. Stel je eens voor: zo’n klein beestje gezandstraald door het stuivend zand en dan maar wachten tot wind en regen afnemen.  Andere bontbekplevieren hebben de strandslagen uitgekozen. Hier is een ander ongemak: geparkeerde auto’s. Boswachters zetten dan ook regelmatig een stukje van een parkeerterrein af.

Waaibomen en aangespoelde wortelstokken

Na een dergelijke voorjaarsstorm is aan de vrijstaande struiken aan de kust goed te zien hoe de wind zijn werk doet. Aan de windkant zijn alle uitlopende takjes gebroken en de nieuwe blaadjes zien er bruin en beursig uit. De zoute spray maakt het nog erger. Met de takjes aan de luwe kant is niets gebeurd: zij groeien gewoon door. Hierdoor krijgt de boom het typerende scheve uiterlijk.

Als de storm een begroeid stuk duin ondermijnt, spoelen zand en plantendelen weg. Vooral de wortelstokken van biestarwegras kunnen de onderdompeling in zeewater goed aan. Spoelen deze wortelstokken aan op een ander stuk strand en slaat het biestarwegras aan, dan kunnen nieuwe duintjes zich ontwikkelen.  Op deze lage embryonale duintjes kan dan helmgras groeien. Dit is gebeurd op de strandvlakte zuidelijk van de dam bij de vuurtoren.