De grootste van de Veluwse Grote Vijf; het edelhert

dit edelhert in het Speulder- en Sprielderbos draagt een imposant gewei
Naast de bekende ‘Big Five’ in Afrika, kennen we ook de ‘Grote Vijf’ op de Veluwe. De meest indrukwekkende grote bewoners van de Veluwe. In een vijftal blogs zetten we het edelhert, damhert, ree, wild zwijn en de moeflon in het zonnetje. Misschien verlaten ze vandaag wel even hun schuilplaats, maken ze hun kenmerkende geluid of lopen ze voor je langs…. Na het lezen van deze blogs herken je ze meteen.
Vandaag aandacht voor de grootste van de Veluwse Grote Vijf; het edelhert. Het edelhert is het grootst op het land levende zoogdier van Nederland! Tevens is het de grootste soort in Europa uit de familie van de hertachtigen, na de eland. Mannetjes worden tot 1.24 meter hoog qua schofthoogte, en de lengte van kop tot romp kan langer dan 2 meter zijn. Een volwassen hert weegt tot 160 kilogram. Vrouwtjes zijn kleiner en lichter. In Nederland komen ze in het wild alleen voor op de Veluwe en in de Oostvaardersplassen.
Gewei
Het meest opvallende aan edelherten is natuurlijk het gewei. Alleen het mannetje (hert) heeft een gewei. Wanneer een hert een jaar oud is, begint de groei van zijn eerste gewei. Het gewei wordt elk jaar groter en zwaarder met meer vertakkingen, ook wel ‘enden’ genoemd. Een volgroeid gewei kan 5 tot wel 15 kilo wegen en is 70 tot 90 centimeter groot. Het heeft dan meestal meer dan 8, maar maximaal 13 enden. Bij voedselgebrek of andere problemen komt het voor dat een gewei in het volgende jaar niet groter is, of dat het onregelmatig gevormd is. Bij mannetjes ouder dan 12 jaar wordt het gewei ook vaak weer kleiner. In het vroege voorjaar verliezen edelherten hun gewei. Deze geweien zijn moeilijk te vinden, omdat ze nauwelijks opvallen in de bladlaag en ze door knaagdieren worden beknaagd en zo uiteindelijk verdwijnen. Na afwerping begint meteen de groei van een nieuw gewei. Dit heeft eerst nog een fluweelachtig omhulsel, basthuid genoemd. In augustus is het gewei volgroeid en verwijderen de mannetjes de basthuid door deze langs takken en boomstammen te schuren. Daarna is het gewei gevoelloos.
Bronsttijd
De meest spectaculaire periode in het jaar is de bronsttijd. In de avonduren hoor je kletterende geweien, gedraaf en geburl in het bos. Alleen al aan de bronsttijd kunnen we een hele blog wijden, en dat gaan we dan ook doen! In de bronsttijd, ongeveer tussen half september tot half oktober, vertellen we je hier alles over.

Kalfjes
In de bronsttijd wordt natuurlijk gepaard, en… rond juni is er dan een geboortegolf, en werpen de hinden hun kalfjes. Het werpen van een kalf wordt ook wel zetten genoemd, en een vrouwtjes edelhert noemen we hinde. Hinden die een kalf verwachten, zonderen zich van de roedel af. Een kalf heeft witte vlekken op zijn vacht, die na twee maanden weer verdwijnen. Het kalf kan al na enkele minuten lopen, maar pas na 7 tot 10 dagen kan het zijn moeder volgen. De eerste twee weken blijft het kalfje vaak alleen en komt de moeder af en toe terug om te zogen. Gedurende de tijd dat het kalf alleen is, drukt het zich tegen de grond, verscholen in hoog gras of tussen het struikgewas.
Roodwild
Roodwild is de verzamelnaam voor edelherten. De reden daarvoor ligt in hun prachtige bruinrode zomervacht. Het roodwild wordt onderverdeeld in drie groepen: herten, kaalwild en kalveren. Herten (mannelijk) zijn de geweidragers, kaalwild zijn de hindes (vrouwelijk) en smaldieren (1 jaar oud), en de kalveren zijn de jongen jonger dan 1 jaar (zowel vrouwelijk als mannelijk). Buiten de bronstperiode leven kaalwildroedels los van de herten.
In een volgende blog zullen we de ‘Bambi’ van de Grote Vijf van de Veluwe uitlichten; het damhert.
P.s. wil je de bronsttijd ook eens van dichtbij meemaken? Onze bronstexcursies staan nú online, en zijn altijd heel snel volgeboekt, dus zorg dat je gauw een plekje reserveert.
Boswachter Laurens Jansen en Kirsten van Gortel-Roest
geef een reactie
Johan Kieft
Het edelhert is inderdaad de grootste hertachtige van Nederland, maar niet van Europa.
Dit is het Eland. Deze bereikt soms een schofthoogte van 2 meter.
In de tekst wordt ook vermeld dat Edelherten alleen op de Veluwe en de Oostvaardersplassen voorkomen. Dit klopt maar ze komen ook in nationaalpark De Meinweg in Noord-Limburg.
veluwe
Dag Johan,
Dank voor uw oplettendheid wat betreft de eland, ik heb de tekst iets aangepast.
Wat betreft het voorkomen in Nederland: omdat edelherten in een Nationaal Park in een omheinde omgeving leven, worden deze niet meegenomen wanneer men over het voorkomen van edelherten ‘in het wild’ spreekt.
Kirsten van Gortel-Roest
Johan Kieft
Beste Kirsten,
De Meinweg in Limburg is wel een Nationaal Park, maar niet omheind. De Edelherten die daar voorkomen kunnen via de duitse natuurgebieden zo de Meinweg.
Vriendelijke groet,
Johan Kieft
veluwe
Dag Johan,
het is mij in dat geval onduidelijk waarom Nationaal Park De Meinweg niet wordt genoemd in diverse bronnen.
Kirsten van Gortel-Roest