Burlen met ontbijt

op weg naar het ontbijt
Wanneer ik mijn auto op slot doe, dooft hij zijn laatste lichtje. In één klap is het pikkedonker. ‘Oei’, denk ik, en blijf beduusd staan. Even is het chaos in mijn hoofd. Het donker omsluit me als een te krappe ruimte en ik wil licht. Mobiel, zaklamp, maakt niet uit. Licht! Als geroepen komt een lichtje op mij af gewandeld, het blijkt vast te zitten aan boswachter Laurens. Opgelucht schud ik zijn hand. ‘Hoi, fijn dat je er bent!’
Het is zondagochtend, bijna 06.00u en ik heb het geluk dat ik mee mag met een nieuwe bronstexcursie op Hoog Buurlo. Tot nu toe sloten we de dag af met geburl, maar dit jaar lopen we de zon tegemoet. Ik was alleen even vergeten hoe ongelofelijk donker het was, zo midden op de Veluwe.

Van nacht…
Het eerste stuk van de wandeling blijft donker, we zijn omgeven door een bos van hoge beukenbomen die nog volop in blad zitten. In het donker wandelen is een hele kunst, je moet vertrouwen op je voeten, je gehoor en je gevoel. Ik ben nog niet helemaal op één lijn met mezelf en hou mijn handen voor mij uit als stootbumpers. Maar goed ook, want als ons treintje mensen opeens stil staat, stoot ik mijn voorganger aan. In mijn rug prikt de achterbuurman. Zo te horen aan de verschrikte geluiden om mij heen ben ik niet de enige die moet wennen. Na een kleine tien minuten verlaten we de donkere beukenlaan. De heldere sterrenhemel die tevoorschijn komt verrast ons allemaal. Een zee van sterren flonkert boven onze hoofden. Ademloos kijken we omhoog, diep weggedoken in onze jassen. In de verte horen we, héél zachtjes, het eerste geburl.
Verder gaat het, via de schapendrift naar de Hoog Buurlose heide. Onderweg staan we stil om te luisteren. Ja, wéér geburl! In het struikgewas naast ons kraakt het. Eikeltjes die vallen, takjes die breken door de wind, of loopt daar nou heel stiekem een zwijn? Ik tuur het donkere bos in. Niets te zien natuurlijk. De groep loopt verder, snel er achteraan. In mijn eentje was ik echt al zeker drie keer rechtsomkeert gegaan. Held op sokken.

…naar dag
Even later staan we onderaan de heide, weer luisteren. Het is het ritme van de ochtend. Wandelen, stil staan en luisteren. Wandelen, stil staan en luisteren. En alles in de comfortabele stilte van gemeenschappelijkheid. Verder gaan we, in ganzenpas achter elkaar over zanderige heidepaadjes, onze oren achterna. Iets kouds en nats kriebelt over mijn hand. In een reflex trek ik hem terug, wat was dat? Turend in de schemer ontdek ik, net zichtbaar, de pluimen van hoge grassen langs het pad. Niets engs, gelukkig. Ik laat mijn hand weer zakken en aai de vochtige pluimen waaraan we voorbij gaan. Langzaam wordt het lichter, kleur keert terug in het landschap. De eerste vogeltjes worden wakker, hier en daar klinkt voorzichtig gefluit. Een merel slaat alarm en vliegt al kwetterend weg. Speciaal voor ons ontsluit Laurens het hek van het wisentengebied. We mogen een stuk over een struinpaadje (meer een struikelpaadje) lopen om zo nog nèt wat dichterbij de bronstige herten te komen, die overigens aardig ver weg zijn. Wie weet vangen we toch nog een glimp van ze op.
Weer staan we stil en luisteren. Achter mij klinkt, zacht en dan weer hard, de roep van de herten, maar ik kijk naar de zonsopgang. De hemel is oranje, tussen de heuvels van de heide hangt grijze grondmist en ik zie zwarte silhouetten van struiken en bomen. Hier en daar vangt een dauwdruppel een eerste zonnestraal. Kleine diamantjes glinsteren in het landschap. Het begin van een nieuwe dag, zomaar. Je hoeft er niets voor te doen, geen stekker in het stopcontact te steken, geen duizenden kilometers af te leggen. Het gebeurt iedere dag weer opnieuw. De Maya’s geloofden dat de zon iedere avond stierf en iedere ochtend opnieuw geboren werd. Wij weten ondertussen wel beter, maar toch… Vandaag ontroert het me, de cyclus van nacht naar dag naar nacht naar dag. Zo normaal en toch zo bijzonder. Misschien komt het juist door dat oergeluid van die herten op de achtergrond. Ook zij luiden een begin in, een belofte van nieuw leven, gedragen door de hindes die beslagen (gedekt) zijn. Ook zij doen dit ‘zomaar’, gewoon, omdat het in hun natuur zit. Het is de cirkel van het leven. De heren herten, uitgeput van de bronsttijd, gaan de komende weken de winter tegemoet. Een zware tijd met weinig voedsel. In zekere zin ‘sterven’ (sommigen letterlijk) ook zij een beetje deze ‘avond’, om in de ochtend weer leven te brengen.
Ontbijten op een strobaal
Het is voorbij, we moeten terug. Via hetzelfde struikelpaadje, uitkijkend over een steeds lichter wordende heide. Bij het hek kloeten we samen. Voor het eerst sinds uren kijken we elkaar, onwennig maar nieuwsgierig, recht aan. De hele wandeling hebben we achter elkaar of twee aan twee gelopen, zonder aandacht voor elkaar. Ik zie bleke en vermoeide gezichten, rode wangen van de kou en stralende ogen. We hebben genoten! De stilte is opgeheven en al pratende hobbelen we weer achter Laurens aan. Op weg naar de oude schaapskooi waar het lekkerste ontbijt ooit op ons wacht en strobalen dienen als tafel.

De Veluwse bronst is alweer voorbij voor dit jaar. Hou ons blog, Facebookpagina of de website van Staatsbosbeheer in de gaten voor de data van volgend jaar. Staatsbosbeheer Veluwe organiseert jaarlijks in september en begin oktober speciale bronsttochten om u de gelegenheid te geven te genieten van dit bijzondere fenomeen. Wees er snel bij want ze zitten razendsnel vol!
Het gebied Hoog Buurlo is normaal gesproken alleen toegankelijk tussen zonsopgang en zonsondergang. Het is absoluut de moeite waard om daar eens een kijkje te nemen. Wie weet treft u zelfs de herder met zijn schapen.
Janske Blijleven
geef een reactie
anneke bronneberg
Janske, wat een prachtige beschrijving, het was alsof ik zelf meeliep!
Yvon van Duin
Wat heeft Janske dit prachtig beschreven ! Al lezend liep ik met jullie mee !