‘Beste Kakhiel,’ – het was voor mij toch een wat vreemde aanhef die ik schreef om de maker van de grappige ‘plaatjes met een praatje’ toestemming te vragen zijn werk te gebruiken. “Kakhiel is”, ik citeer de achterflap van zijn nieuwste boek, “een ongekend populair internetfenomeen. Dankzij de gephotoshopte beelden van alledaagse, troosteloze situaties – steevast voorzien van gortdroge dialogen – heeft hij inmiddels honderdduizenden fans op Facebook, Twitter en zijn speciale Kakhiel-app.”
Of troosteloos het goede woord is, weet ik niet. Maar hij gebruikt heel veel foto’s van stockbureaus en de platen die bedrijven laten schieten om hun gedroomde ‘corporate identity’ te onderstrepen. (Ik word bij Staatsbosbeheer af en toe gek van wéér dat ‘kwieke recreërende stel op leeftijd in matching rode jassen van Human Nature’). Het materiaal blijft eindeloos op het internet rondslingeren. Gefundenes Fressen voor Kakhiel die de platheid genadeloos afstraft. Door het nog platter te maken, zeggen sommigen. Dat zal ik niet beweren. Ik geloof niet zo in hoge of lage humor. (Zeer gestudeerde vrienden vinden het onuitstaanbaar dat ik me nog steeds een kriek lach om ‘Honoré de Balzac’). You either get it or you don’t. Natuurlijk is er wel verschil tussen de grap die je doet huilen van het lachen en de geestige opmerking die een glimlach teweegbrengt.
Maar waarom je lacht? Daar is toch altijd een onbekende factor in het spel. Het is bijna ondanks jezelf -daarom is echt lachen ook zo bevrijdend. De humor uitleggen is de grap vermoorden.

Dat Wordt Lachen…door Kakhiel, Lebowski Publishers, Amsterdam 2014. Zie ook www.kakhiel.nl