www.boswachtersblog.nl/ Veluwe

Op zoek naar vijf wonderlijke wezentjes op de Veluwe. Uitdaging 3 : de kleine heivlinder

18 september 2018 Boswachter Laurens Jansen in Veluwe

Boswachter Laurens gaat in vijf blogs en korte vlogs op zoek naar de meest uitzonderlijke kleine diertjes op de Veluwe. Waar de Veluwe bekend om staat, is het grote wild dat je kunt tegenkomen als je geluk hebt. Maar wij willen dit keer juist op zoek naar heel kleine beestjes op de Veluwe, met de meest uitzonderlijke kenmerken. Laurens gaat op zoek en wanneer hij deze kleine wonderlijke wezens uiteindelijk ergens ontdekt, neemt hij een vlog met ze op. Vandaag staat in het teken van de kleine heivlinder. Een vlindersoort die ernstig bedreigd is en in Nederland alleen op het Kootwijkerzand nog voorkomt, en waar afgelopen zomer met man en macht gewerkt is aan een prachtig project. Een verhaal over kroegen, schutkleuren en hangjongeren onder de vlinders.

Uitsterving nabij

De ernstig bedreigde kleine heivlinder komt nog maar op één locatie voor in Nederland, en wel op het Veluwse Kootwijkerzand, de grootste zandverstuiving van West-Europa. De vlinder komt vooral voor in het zuiden van Europa, waar hij leeft in de droogste steppeachtige gebieden. In noordelijke gebieden is het verspreidingsgebied verbrokkeld; de dichtstbijzijnde populaties liggen bij Parijs en Hamburg.

Extreem droge zomer funest?

De heide, waar normaal gesproken ‘s zomers een overmaat aan nectar zou zijn, was dor en droog en veel struikheideplanten bloeiden helemaal niet. Zonder nectar wordt er minder gevlogen, minder voortgeplant en komen er dus in de volgende generatie veel minder vlinders. Ook trekken vlinders weg uit een gebied waar niets te halen is. Echter, buiten de droge heide kunnen ze zich niet voortplanten, omdat daar de omstandigheden ongeschikt zijn. Dat zou dus rampzalige gevolgen hebben voor de ernstig bedreigde kleine heivlinder. De Vlinderstichting en Staatsbosbeheer hebben daarom de afgelopen maanden samengewerkt in een project met nectarkroegen als noodvoorziening, waarover later meer.

 

Enkele kenmerken

Eerst enkele kenmerken van deze bijzonder vlinder. Hij is een meester in camouflage, met zijn zwartgrijze met bruine vleugels. Kijk maar naar de foto. Bij het mannetje heeft de onderkant van de achtervleugel lichte en donkere banden, terwijl de vleugels van het vrouwtje aan de onderkant vrijwel effen grijs zijn. Zijn kleine afmeting van ruim 2 centimeter helpt hem ook om onopvallend te blijven.
De eerste kleine heivlinders verschijnen doorgaans eind juli, begin augustus. In hun schrale biotoop, stuifzand, halen de vlinders de nectar vooral uit struikhei. Als daar te weinig van is, dan schakelen ze over op sappen van bomen, bijvoorbeeld die van ruwe berk of grove den.
Het vrouwtje heeft voor het rijpen van de eitjes veel voedsel nodig. Het lijkt erop dat ze alleen nectar zoekt in de buurt van plaatsen om de eitjes af te zetten, want ze drinkt namelijk alleen bij verspreid staande struiken struikhei. Ze blijft weg van plaatsen een aansluitend heideveld. De rups van de kleine heivlinder is zeer kieskeurig, zoals zoveel rupsen, en eet bijna alleen buntgras.

Transformatie van rups tot vlinder

Na de bevruchting duurt het iets minder dan een week voordat de eitjes rijp zijn. De eitjes worden afzonderlijk op de waardplant, het buntgras, afgezet. De rups komt eind september uit. Hij gaat vrijwel meteen, na niets of vrijwel niets te hebben gegeten, in overwintering aan de basis van een graspol. Pas vanaf februari gaat de rups eten, en vanaf juni eet hij alleen nog ´s nachts. Verpoppen doet de rups verborgen in het zand, net onder het oppervlak, in een met spinsel bekleed holletje.

Hangjongeren

Mannetjes verschijnen ongeveer een week eerder dan vrouwtjes. Meerdere mannetjes scholen als een soort hangjongeren samen aan de rand van het stuifzand in de buurt van een boom. Ze wachten daar op een partner. Omdat de mannetjes vooral langs de rand van het zand verblijven, en niet op de hei, worden de vrouwtje tijdens het zoeken naar voedsel of het afzetten van de eitjes weinig gestoord door mannetjes. De mannetjes vliegen op alles af wat beweegt. Is het een vrouwtje, dan vliegt het mannetje een tijdje om haar heen in een dwarrelende, horizontale vlucht. Het paar landt uiteindelijk op de grond en het mannetje loopt om het vrouwtje heen. Hij beweegt de vleugels snel op en neer en maakt buigingen, terwijl het vrouwtje stil blijft zitten. Na korte tijd doet hij een poging om te paren. Als het vrouwtje dat niet wil, weert ze de poging met geklapper van de vleugels af.

Nectarkroegen als noodvoorziening

Om de kleine heivlinder te behoeden voor uitsterving door deze extreme weersomstandigheden hebben de Vlinderstichting en Staatsbosbeheer deze zomer met spoed een project op poten gezet. Op korte termijn was er aan de droogte en het niet bloeien van de heide niet veel te doen. Daarom is er besloten om er tijdelijk nectarkroegen neer te zetten. Dit is een verzameling van allerlei bloeiende planten, bijeen gehouden in speciekuipen. Zo stonden er echte guldenroede, blauwe knoop, tijm, knoopkruid, zandblauwtje en zelfs vlinderstruiken. Die vlinderstruiken, Buddleja ‘Argus Velvet’, zijn steriel, wat wil zeggen dat ze geen zaad produceren. Vlinderstruiken staan er namelijk om bekend dat ze nogal kunnen woekeren en dat risico wilden we niet nemen. De planten in een nectarkroeg zijn natuurlijk gegarandeerd gifvrij en komen van biologische kwekerijen.

De nectarkroegen werden met een raster omgeven, omdat ze anders de eerste nacht waarschijnlijk al leeggegeten zouden worden door het wild op de Veluwe, zoals zwijnen en herten. Er is regelmatig gecheckt of, en welke, vlinders de kroeg bezoeken. En….. het werkte! Regelmatig is de kleine heivlinder gezien, en ook andere zeldzame vlinders, zoals het scheefbloemwitje en de kommavlinder, zijn waargenomen.
Natuurlijk moesten de nectarkroegen regelmatig water gegeven worden om te zorgen dat de planten bleven bloeien. Daarvoor is een groep vrijwilligers dagelijks actief geweest. Zij knipten ook de uitgebloeide bloemen uit de planten, en deden dagelijks vlindertellingen van 5 minuten. Vaak werkten zij in de verzengende hitte, op het open zand, waarvoor chapeau.

Spannend

Het was nog wel even spannend. Er werden wel vlinders gezien, maar het duurde een aantal dagen voordat ook de eerste kleine heivlinder in een kroeg opdook. Dat was mede doordat de kroegen helemaal aan het begin van hun vliegtijd waren aangelegd, toen er nog voornamelijk mannetjes vlogen. Met name de vrouwtjes, die iets later verschijnen, hebben nectar nodig voor de rijping van eitjes. Toen eind augustus de balans werd opgemaakt was de kleine heivlinder 34 keer gemeld tijdens de vijfminutentellingen in de kroegen.
Gelukkig heeft het de afgelopen weken flink geregend. Een deel van de hei op het Kootwijkerzand is echt afgestorven, maar er zijn ook pollen hei in bloei gekomen. Dat was enorm goed nieuws voor de kleine heivlinder, want daarmee kwam ook in de rest van het uitgestrekte stuifzandgebied nectar beschikbaar.

Laurens op zoek in de nectarkroeg

Om je te laten zien hoe zo’n nectarkroeg er nou uitziet en hoe het werkt, heeft Laurens in augustus een vlog opgenomen op het Kootwijkerzand. Hij hoopt natuurlijk ook een kleine heivlinder te treffen om in deze blog te laten zien. Maar zelfs boswachters hebben niet altijd geluk met het ‘wild’ dat hun pad kruist…

Gelukkig heeft Kars Veling van de Vlinderbescherming een filmpje aan ons beschikbaar gesteld, en hier kun je een kleine heivlinder in een nectarkroeg bewonderen.

Nieuwe populatie

De nectarkroegen zijn afgelopen week opgeruimd. In principe wordt dit project niet herhaald, aangezien dit een tijdelijke noodoplossing was voor deze extreme weersomstandigheden. Of de kleine heivlinders het jaar goed hebben overleefd en zich hebben kunnen voortplanten zullen we pas volgend jaar weten. Dat we de kleine heivlinder nu gezien hebben, betekent namelijk niet automatisch dat er direct een populatie is. De vlinder moet het hier genoeg naar zijn zin hebben om eitjes af te zetten en de rupsen moeten ook kunnen eten. Pas volgend jaar kunnen we gaan tellen en kijken of we een nieuwe populatie kleine heivlinders hebben.

Karakteristieke kleintjes

Dit dier, met al zijn bijzondere karakteristieken, vonden wij het meer dan waard om eens in de schijnwerpers te zetten. Er zijn nog vier bijzondere beesten van heel klein formaat op de Veluwe waar we je kennis mee willen laten maken. We willen je bijvoorbeeld ook ‘de schorpioen van het Kootwijkerzand’ eens laten zien!

p.s. Heb jij nog suggesties voor kleine wonderlijke wezens waar we naar op zoek moeten gaan? Laat het ons hieronder weten!

Boswachter Laurens Jansen en Kirsten van Gortel-Roest

reageren

geef een reactie

  • Arnaud Duisdeiker
    18 september 2018 om 19:42

    Superfijne blog!
    Ik kijk alweer uit naar de volgende. En als ik volgend jaar nodig ben om de heivlinderpopulatie te komen tellen… Let me know! Lijkt me heerlijk om te doen.

    • Kirsten van Gortel-Roest
      17 januari 2019 om 13:04

      Wat een leuke reactie Arnaud!
      Een wat verlaat antwoord van mij. Dank voor je aanbod. We moeten even afwachten hoe alles komende zomer gaat lopen.
      Vriendelijke groeten,
      Kirsten van Gortel-Roest

i

Mis geen enkel bericht van dit boswachtersblog