Vogelwachtershuis op Rottumerplaat, augustus 2014

Nelly en Hans bloggen in de zevende vogelwachtersupdate van 2016 vanaf Rottumerplaat:

“De afgelopen drie weken hebben wij de bekende vogelwachters Bart Ebbinge en Doortje Ebbinge-Dalmeijer vervangen. Ons verblijf op Plaat had dit keer een ander karakter dan de vorige keer, doordat we achtereenvolgend een viertal bezoeken kregen. Hierdoor hebben we dit keer minder het onbewoonde eilandgevoel gehad.

Meteen al de eerste week kregen we twee installateurs te gast die de twee geisers hebben vervangen en de elektrische bedrading hebben gecontroleerd in de vogelwachterswoning. Voor hen was het een bijzondere ervaring om op het eiland te verblijven. Omdat er oorspronkelijk vier werknemers zouden komen, hadden we de hulp ingeroepen van Dries Olsthoorn en Anneke Bouman. Beide zijn in de jaren negentig de eerste betaalde vogelwachters op Rottumerplaat geweest. Dries is een geweldige kok en heeft de catering verzorgd. We zijn daardoor allemaal enkele kilo’s aangekomen. Dries en Anneke hebben ons ook geholpen met het meeuwenonderzoek wat al enkele jaren op verzoek van Sovon Vogelonderzoek Nederland wordt uitgevoerd. Dit onderzoek is al besproken in het  5^e vogelwachtersblog van juni 2015.

Het tweede bezoek betrof drie leden van de lepelaarwerkgroep en twee boswachters van Staatsbosbeheer Groningen. In het kader van het project Metawad hebben we 26 jonge lepelaars van kleurringen voorzien. Dit gebeurt al jaren op meerdere Waddeneilanden en op deze manier kunnen de lepelaars individueel worden gevolgd. Hieruit is o.a. gebleken dat lepelaars tegenwoordig niet allemaal naar West-Afrika (Banc d’Arguinargain, Mauretanië) vliegen maar ook in Zuid-Europa (Spanje en Portugal) overwinteren. Het derde geplande bezoek was van de filmer Melchert Meijer die in opdracht van Ruben Smit opnames heeft gemaakt voor diens aanstaande bioscoopfilm over de Waddenzee. Hij heeft extra opnames gemaakt van de slechtvalk die op Rottumerplaat op de grond broedt.

In de laatste week van ons verblijf zijn we druk geweest met de paraffine die op de stranden van Rottumerplaat en Simonszand is aangespoeld. Via Rijkswaterstaat en Staatsbosbeheer hadden we gehoord over een aanzienlijke verontreiniging op Schiermonnikoog. Ook op Rottumerplaat is de verontreiniging groot waardoor een schoonmaakactie nodig bleek. De vogelwachters hebben geadviseerd hoe hierbij verstoring van broedvogels tot een minimum kon worden beperkt. De beste aanpak bleek om vanaf de Lauwers op de Boschplaat aan te aanlanden en de schoonmakers aan boord te huisvesten. Patrouilleschip de MS Harder van de Waddenunit heeft de toezichthoudende taak op zich genomen en geadviseerd over het vermijden van verstoring van de zeehonden. De gewone zeehonden krijgen juist in deze periode jongen en zijn daardoor extra verstoringsgevoelig.

Ondanks deze extra werkzaamheden hebben we een aardige slag geslagen wat betreft de broedvogelinventarisatie. We inventariseerden alle steltlopers (scholeksters, tureluurs, wulpen en bontbekplevieren) en zangvogels. Het eiland is al jaren een bolwerk voor veldleeuweriken en graspiepers. Wat opvalt, is dat het aantal scholeksters en bontbekplevieren de laatste jaren is afgenomen: het aantal scholeksters van ongeveer 230 naar 195 paar en het aantal bontbekplevieren van 7 naar 3 paar.

Tijdens ons verblijf deden we ook nog enkele bijzondere waarnemingen. Zo zagen we twee kleine vliegenvangers en een nachtzwaluw. De nachtzwaluw heeft een hele dag op enkele meters van ons raam op de grond geslapen totdat hij ’s avonds in de schemer op jacht ging. Het is een broedvogel van open zandige terreinen waar je in de schemer zijn snorrende geluid kunt horen, maar de vogel zelf slechts zelden te zien krijgt.

Tot slot willen we nog de vondst melden van een Gele hoornpapaver: een soort die als zaadje aanspoelt en het eerste jaar in de vloedlijn voorkomt. Een volgend jaar volgt vaak nog een zaailing achter de vloedlijn, maar dan is het weer gebeurd omdat zich in het kale zand achter de vloedlijn te weinig voedsel bevindt om te overleven. Het wachten is dan weer op het verschijnen van een zaailing in een nieuwe vloedlijn.”

Vogelwachters Nelly van Brederode en Hans Roersma, 20 juni 2016