www.boswachtersblog.nl/ Terschelling

Hoe de koeien van De Groede weer thuiskomen

20 november 2017 Eilandmeisje in Terschelling
koeien op De Groede

koeien in de vangkraal op De Groede - een moderne versie van het Oerol.

Al meer dan een eeuw wordt een buitendijks, kwelderachtig grasland begraasd: De Groede.
Ik tref een paar boeren bij de kraal, waar het jongvee, dat afgelopen maanden vrij mocht grazen, wordt ingeschaard. Het seizoen zit er voor de beesten op, ze mogen weer naar huis.

Anne-Gerben Zorgdrager en boer Corné Zorgdrager rijden op quads om de dieren bij elkaar te krijgen. Het zijn de laatste koeien en paarden die er nog lopen, eerder is een groot gedeelte van het vee al opgehaald.
Boswachter Iris de Boer kijkt toe en helpt mee. Het is voor Staatsbosbeheer vooral een moment om contact te hebben met de eilander boeren, en Iris heeft het beheer van de Groede – een gebied van 400 hectare – in haar takenpakket. En dat is haar op het lijf geschreven. “Iris is goed met koeien”, weet Anne-Gerben te vertellen, “ze positioneert zich handig ten opzichte van de dieren.”
En dat is belangrijk, want de koeien lopen niet vanzelf de goede kant op. Je moet ze tactisch naar de vangkraal leiden, van waaruit de boeren ze indelen in vier grote ‘hokken’. Voor elk hok zet de boer een veewagen, zodat de eigenaar de dieren makkelijk kan inladen.
De samenwerking tussen de boeren en Staatsbosbeheer geeft de mogelijkheid voor een moderne versie van het Oerol – een boerengebruik waarbij het vee op het eiland vrij mocht rondlopen. Oerol is Terschellinger dialect voor ‘overal’.
Opvallend is dat bij de laatste lichting alleen koeien lopen van biologische boeren. “Die zijn van sterkere rassen”, vertelt Corné.
“Afgelopen jaar liepen er wel 160 koeien. Ik vind dit het mooiste wat er is. De samenwerking onderling, de interactie met de eilander boeren en hoe dat samenkomt”, zegt Iris. Ze helpt ondertussen boer Wietse door aanwijzingen te geven hoe hij achteruit moet rijden zodat zijn veewagen goed staat. “Nog un bytsje sudút”, vult Anne-Gerben aan. Vlagen Aasters, een dialect dat op Oost-Terschelling wordt gesproken, doorspekken de gesprekken.
De boeren hebben samen één pachtcontract met Staatsbosbeheer. “Alle boeren die meedoen zetten daar hun handtekening onder. Er staat o.a. in hoeveel graasdagen ze hebben. Ze bepalen onderling de verdeling en er zijn twee momenten om de dieren te brengen en te halen. In het voorjaar lopen wij de afrastering na en leveren we het terrein op. Dan volgt een soort overdracht en zijn de boeren aan zet. Vanaf dat moment hebben zij de zorg voor de Groede, in nauw overleg met ons”, legt Iris uit.
Het resultaat van begrazing is duidelijk zichtbaar. Een verschil in plantengroei is goed te zien tussen de scheidslijn van waar het raster is uitgezet. Erbuiten is meer gras en in het begrazingsstuk vind je tijdens het seizoen bloeiend lamsoor en zeealsem. Soorten die anders er niet of minder zouden zijn. De langdurige en consequente begrazing zorgt er overigens wel voor dat de Groede iets lager ligt dan de omringende gronden.
“Je moet volgende keer – in mei – ook eens bij het uitladen komen kijken”, zegt Iris enthousiast. “Dan springen de koeien met bokkensprongen in het rond.”

Eilandmeisje is verhalenjutter van Terschelling. Met Staatsbosbeheer jut ze verhalen. Omdat we samen geloven in de kracht van verhalen. Dat verbindt ons met een plek: dit eiland, waar de natuur altijd in beweging is.

 

reageren

geef een reactie

i

Mis geen enkel bericht van dit boswachtersblog